03.01
2024

CHOLESTEROL - fabels en feiten

‘En nog een goede gezondheid, want dat is per slot van rekening toch nog het belangrijkste.’ Met deze woorden werden rond Nieuwjaar vele gelukwensen beëindigd. En je kan iemand inderdaad een goede gezondheid toewensen - een mens heeft immers niet alles in de hand - maar belangrijker is misschien je dierbaren het advies te geven hun cholesterol te laten bepalen.

Blijkbaar heeft één Belg op twee immers geen idee hoeveel zijn of haar cholesterol bedraagt. Nochtans weet men al zeer lang dat een te hoog cholesterol een grote risicofactor voor hart- en vaatziekten is. En in tegenstelling tot enkele jaren geleden valt er aan een te hoge waarde wel iets te doen.

Omdat het de tijd van de goede voornemens is, zullen we in deze bijdrage dieper ingaan op cholesterol: Wat is het? Welke soorten zijn er? Wat is te hoog? Wat kunnen we er aan te doen?

 

 

CHOLESTEROL, WAT IS DAT EIGENLIJK?

Cholesterol is, samen met andere vetten (triglyceriden), een van de bouwstenen van ons lichaam. We hebben het m.a.w. nodig, we kunnen niet zonder. De stof is o.a. een essentiële bouwsteen van de celwand, het speelt een zeer grote rol bij de aanmaak van geslachtshormonen (oestrogeen, testosteron…). Ook de vorming van vitamine D is voor een groot deel afhankelijk van cholesterol. Gal bestaat voor een groot deel uit cholesterol. Maar zoals Paul Vanden Boeynants al wist: ‘Trop is te veel en te veel is trop’. Maar hierover later meer. Eerst moeten we eens kijken waar ons cholesterol
 
vandaan komt. Ongeveer 20% van ons cholesterol komt vanuit onze voeding: voornamelijk dierlijke producten met verzadigde vetzuren zoals vlees en vleeswaren, kaas, boter… De overige 80% maken we zelf aan in onze lever. We spreken in dit verband ook wel van exogene (via de voeding) en endogene cholesterol (zelf aangemaakt).

 

WAT IS GOEDE EN SLECHTE CHOLESTEROL?

Vaak hoor je mensen zeggen dat hun cholesterol te hoog is: ‘Mijn huisarts heeft bloed getrokken en mijn cholesterol was 230 mg/dl. En hij mag maar 190 zijn.’ Het getal waar het hierover gaat is meestal het totaal cholesterol. Maar er bestaat een goede en een slechte soort. LDL-cholesterol, met een moeilijk woord ‘Low Density Lipoprotein-Cholesterol’ is de ‘slechte’ soort. Deze soort vervoert de cholesterol tot op de plaatsen waar hij zal/kan gebruikt worden. Wanneer de concentratie van deze soort echter te hoog oploopt, zal het samenklitten met vetten en andere stoffen in het bloed. Dit mengsel zet zich af tegen de wanden van de slagaders (de zogenaamde ‘plaques’). De slagaders gaan hierdoor vernauwen en dit kan op termijn aanleiding geven tot hartaanvallen, hersenbloedingen…
 
HDL-cholesterol of High Density Lipoprotein-cholesterol, wordt dan weer de ‘goede’ cholesterol genoemd. Deze vorm vervoert de cholesterol uit de bloedvaten naar de lever toe. Via deze weg kan hij dan uit het systeem verwijderd worden. De HDL is dus liefst hoog, terwijl voor LDL meestal geldt: hoe lager, hoe beter.

Om het verhaal nog wat complexer te maken, ook andere vetten spelen een rol. De voornaamste en meest voorkomende soort zijn triglyceriden. Deze vetten zijn enerzijds afkomstig vanuit de voeding en anderzijds worden ze aangemaakt door het lichaam zelf. Als men bijvoorbeeld teveel suikers, zetmeel of alcohol verorbert, zal het lichaam dit ‘teveel’ aan energie omzetten in vetten. Deze mechanismen zijn nog overblijfsels uit vroegere tijden, wanneer energie een kostbaar iets was. Ook triglyceriden kunnen zich vastzetten op de wanden van de bloedvaten.

 

WANNEER GAAN WE METEN?

Deze vraag kunnen we op twee manieren beantwoorden: op welke leeftijd en op welk moment van de dag. Om met het laatste te beginnen: de bloedname gebeurt best ’s morgens of alleszins na een periode van 12 uur vasten. Voornamelijk voor de triglyceriden- en de suikerwaarden is dit belangrijk. Omdat één meting geen meting is, zal de arts meestal na enige tijd één of meerdere nieuwe metingen uitvoeren. Zeker indien het resultaat wat twijfelachtig is, zich op de grens van het normale bevindt, moet men zeker zijn of er al dan niet een probleem is.

Op welke leeftijd men een eerste bepaling doet zal sterk afhangen van erfelijke factoren. Wanneer er zich bij de vader vóór de leeftijd van 55 jaar en/of bij de moeder vóór de leeftijd van 65 jaar hart- of vaatziekten hebben voorgedaan is het nuttig en nodig al relatief vroeg op cholesterol te controleren. Bij familiale hypercholesterolemie is het natuurlijk nodig al vroeg te testen. Verder hangt veel af van de andere risicofactoren die men vertoont: hoge bloeddruk, diabetes, roken, obesitas (en zeker teveel buikvet), weinig of geen beweging… Afhankelijk van al deze factoren zal je huisarts bepalen wanneer een meting aan de orde is. Ook de herbepaling hangt van veel zaken af. Soms is het nodig op korte termijn een nieuwe bepaling te doen, soms kan men best een jaar of vijf wachten.


WAT ZIJN DE GEVOLGEN VAN TE HOGE CONCENTRATIES CHOLESTEROL?

Zoals we verder nog zullen uitleggen, een hoog vet- of cholesterolgehalte in je bloed voel je niet. De gevolgen op lange termijn des te meer. Het risico op allerlei hart- en vaatziekten neemt immers zeer sterk toe. Aantasting van de kransslagaders kan tot hartinfarcten (met eventueel plotse dood) leiden. Ter hoogte van de hersenen kunnen bloedingen en tromboses optreden. Wanneer de slagaders in de benen zijn aangetast krijgt men claudicatio, ook wel ‘etalagebenen’ genoemd. Omdat de bloedsomloop belemmert is, kan men niet veel meters wandelen zonder pijn in de benen te krijgen. Minder gevaarlijk maar wel een teken dat er iets mis is, zijn vetafzettingen op bepaalde plaatsen. Een vetring op de oogbol, gele vetkussentjes (xanthelasmen) op de oogleden of verdikkingen op de pezen van de hiel, de knie of de vingers kunnen duiden op veel te hoge cholesterolwaardes.

 

WAT KUNNEN WE ER AAN DOEN?

De drie pijlers in de aanpak van een te hoog cholesterol zijn dieet, bewegen en medicatie. Het belang en het aandeel van iedere pijler zal afhangen van de concrete situatie.

Dieet
Over diëten allerhande zijn al bibliotheken volgeschreven. Boeken over koolhydratenarm-, ketogeen-, paleo- of andere diëten (zoals intermittent fasting) behoren steevast tot de topverkopers in de boekhandel. We gaan hier dan ook geen uitgebreide handleiding schrijven, maar toch deze principes:
- Eet minder verzadigde vetten (meestal dierlijke vetten)
- Eet meer onverzadigde vetten
- Beperk het calorieëngebruik
- Voorkom een teveel aan suiker
- Verhoog het gebruik van vezels
- Beperk het gebruik van alcohol

Beweging
Ook het aandeel sport- en fitnessboeken maakt een serieus deel uit van de boekenverkoop in de Westerse wereld. Als het dieet al niet genoeg vruchten heeft afgeworpen, dan moet lichaamsbeweging voor de nodige correctie zorgen. Ook hier beperken we ons tot de algemene principes: regelmatig bewegen (het hoeft geen topsport te zijn) kan de toestand al gunstig doen evalueren (zie bij fabels).

Medicatie
Tot vóór eind jaren 80 van vorige eeuw was iemand die een te hoog cholesterol had aangewezen op dieetmaatregelen om het niveau iets naar beneden te krijgen. We schrijven duidelijk ‘iets’ omdat, zeker bij hogere waardes, een volledige correctie meestal niet mogelijk was. Tegen het einde van deze jaren 80 kwam de eerste medicamenteuze cholesterolverlager op de markt. De meeste van de producten die op de markt zijn, verlagen niet alleen het LDL- cholesterol maar hebben ook een positieve (verlagende) invloed op de hoogte van de bloedvetten (triglyceriden). Deze medicatie is altijd aangewezen voor mensen met hart- en vaatziekten in de voorgeschiedenis, voor erfelijke vormen van hypercholesterolemie (en voor niet-erfelijke hoge waardes) en dikwijls ook voor diabetespatiënten. Mensen met licht verhoogde waardes zullen altijd eerst door niet- medicamenteuze maatregelen (dieet en bewegen) proberen de zaak te normaliseren. Trouwens, het nemen van medicatie betekent niet dat op andere vlakken alle remmen los mogen.

Andere risicofactoren onder controle houden
Al deze maatregelen kaderen natuurlijk in het voorkomen van hart- en vaatziekten. Belangrijk in dit verband is natuurlijk ook de andere risicofactoren aan te pakken. Een van de voornaamste van deze risicofactoren is natuurlijk roken. Voor mensen met een verhoogd cholesterol is stoppen met roken nog meer nodig dan voor mensen met een normale waarde. Hetzelfde kan gezegd worden voor bloeddruk. Hoe hoger de waarde, des te hoger het risico op ‘accidenten’. Overgewicht en sedentair leven kwamen hoger al aan bod. Hoe meer risicofactoren iemand combineert, des te hoger zijn risico zal zijn. Een cholesterolwaarde van 210 mg/dl is m.a.w. minder gevaarlijk voor iemand wiens bloeddruk in orde is, die niet rookt, geen overgewicht heeft en die regelmatig inspanningen levert dan voor iemand bij wie deze risicofactoren niet in orde zijn. Hoe meer risicofactoren afwijken van de norm en hoe verder de afwijkingen van deze norm liggen, des te hoger het risico zal zijn.


FABELS OVER CHOLESTEROL

IK VOEL NIETS,
DUS MOET IK MIJ GEEN ZORGEN MAKEN

Zowel van cholesterol als van hypertensie (hoge bloeddruk) wordt wel eens gezegd dat het ‘silent killers’ zijn; stille doders dus. Je merkt effectief niets van een hoge cholesterol (meestal ook niet van een te hoge bloeddruk), vooraleer het te laat is.

Wanneer je bloedvaten zodanig dichtgeslibd zijn dat ze symptomen geven ben je al jaren slecht bezig. Op dat moment kan je de zaak hoogstens nog stabiliseren.


IK BEN NOG JONG,
DUS IS HET VEEL TE VROEG OM NU AL TE METEN

Ook al ben je jong, je cholesterol kan toch al te hoog zijn. De American Heart Association raadt zelfs aan om een eerste controle te doen tussen de 9 en 11 jaar en een tweede keer tussen de 17 en de 21 jaar. Na de leeftijd van 20 jaar bevelen ze aan om elke 4 tot 6 jaar een controle te doen. Wanneer de waarden geruststellend zijn, heeft het dan ook geen zin ieder jaar een meting te doen. Zo snel ontspoort de situatie nu ook weer niet.

Indien er sprake is van een erfelijke vorm van hyper- cholesterolemie moet alles nog nauwgezetter opgevolgd worden door de huisarts.


IK HEB EEN TE HOGE CHOLESTEROL,
DUS ZAL IK MAAR GEEN EIEREN ETEN

Eieren hebben lang in de verdoemhoek gezeten als het over cholesterol ging. Het waren cholesterolbommen en je mocht er ééntje of maximaal drie per week van eten. Tegenwoordig worden eieren als zeer nuttig voedsel beschouwd. Ze zitten, zoals je zou verwachten, vol met hoogwaardige eiwitten. In de dooier zit effectief wat cholesterol, maar dat is niet van die aard dat het het eten van eieren verboden maakt.

Tegenwoordig neemt men aan dat men 5 à 6 eieren per week mag eten. Hier moet men de eieren die in andere voedingsmiddelen (bv. mayonaise) worden verwerkt, meetellen. Diabeten en mensen met een familiale hypercholesterolemie moet nog wel altijd oppassen met het eten van teveel eieren en beperken hun consumptie liefst nog tot 3 stuks per week.


IK SPORT HEEL VEEL,
DUS ZAL ALLES WEL GOED ZIJN

Hier kunnen we hetzelfde zeggen als voor gewicht: sporten helpt, maar het geeft geen zekerheid. Ook mensen die sporten kunnen, door erfelijke aanleg, een te hoge cholesterol hebben.

Hiermee willen we natuurlijk niet zeggen dat sporten zinloos is. Integendeel, het helpt je beschermen tegen hart- en vaatziekten en is dan ook ten zeerste aan te bevelen. Geadviseerd wordt minimum 150 minuten per week matig intensief te sporten of 75 minuten intensief.


IK NEEM MEDICATIE VOOR EEN HOGE CHOLESTEROL,
DUS HOEF IK NIET OP MIJN ETEN TE LETTEN

Je kan het al raden, ook dit klopt niet. Sommige mensen denken dat ze, omdat ze medicatie nemen, nergens meer rekening mee moeten houden. Medicatie is natuurlijk heel nuttig in het bestrijden van hoge cholesterolwaardes. Het moet echter altijd gepaard gaan met dieetmaatregelen (en met matig actief sporten).


MIJN BMI IS PERFECT,
DUS ZAL MIJN CHOLESTEROL WEL IN ORDE ZIJN

Ook dit is een misverstand. Het zijn niet alleen ‘dikke’ mensen die problemen ontwikkelen. Wel is het zo dat zwaarlijvige mensen een groter risico lopen, maar ook ‘dunne’ mensen zijn niet zonder risico.

Omdat het grootste deel van de cholesterol door het lichaam zelf wordt aangemaakt, kunnen ook zij te hoge bloedwaarden kennen.

 

CONCLUSIE

Als we de goede gezondheid die men ons met de feestdagen heeft toegewenst zelf willen onderhouden, dan zullen we naast diëten, stoppen met roken en meer gaan sporten ook aan onze cholesterol moeten denken.

Zeker voor wie deze parameter nog nooit heeft laten bepalen is het nuttig zijn of haar huisarts te raadplegen.

 

CLB Group
Industrieterrein Kolmen 1085
3570 Alken
GPS-adres: Stationsstraat 108
011 31 23 41
011 31 45 67
Volg ons op